Dit bezoek van het directoraat-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid is het resultaat van het Europees burgerinitiatief Europa zonder bontwaarin 1,5 miljoen Europese burgers opriepen tot een verbod op pelsdierfokkerijen en de verkoop van pelsproducten uit gefokte pelsdieren in de EU.
Op pelsdierhouderijen worden dieren zoals nertsen, vossen, chinchilla’s en wasbeerhonden in kleine kooien gehouden, waardoor ze niet in staat zijn hun natuurlijke gedrag te vertonen en ze worden enkel gedood voor een onnodig modeproduct: bont.
Onder geen beding kan het welzijn van dieren op pelsdierhouderijen worden beschermd en een verbod zou de enige weg vooruit moeten zijn. Als een zeer vervuilende industrie vormen pelsdierhouderij en -verwerking ook ernstige bedreigingen voor de biodiversiteit en de volksgezondheid. 20 lidstaten hebben echter al totale verboden, gedeeltelijke verboden of andere wettelijke maatregelen op pelsdierhouderij ingevoerd De EU moet nog steeds een definitief besluit nemen over een EU-breed verbod.
Tijdens het bezoek zullen de auditors zich vooral richten op de risico’s voor de volksgezondheid en zoönotische ziekten die dergelijke boerderijen met zich meebrengen, nadat verschillende pelsdierhouderijen in Europa de afgelopen jaren werden getroffen door Covid-19 en vogelgriep, waaronder Polen. Naast het evalueren van de implementatie van het One Health-mechanisme op Poolse pelsdierhouderijen, kunnen de audits ook een evaluatie van het welzijn van landbouwhuisdieren omvatten.
Hoewel de bezoeken van de auditors van de Europese Commissie zijn aangekondigd, heb ik er vertrouwen in dat de evaluatie van de pelsdierhouderijen in Polen negatief zal zijn. Het welzijn van vossen en nertsen is schokkend slecht en zal niet onopgemerkt blijven bij de bezoekers. Wat betreft de risico’s voor de volksgezondheid, dit probleem is genegeerd door de pelsdierindustrie en genegeerd door het Ministerie van Landbouw, dus we verwachten ook een negatieve beoordeling van de auditors.
Paweł Rawicki, voorzitter, Otwarte Klatki
Afgezien van de onmiskenbare dierenwelzijnsproblemen die inherent zijn aan pelsdierhouderijen, zijn de factfinding-bezoeken die de Europese Commissie aan pelsdierhouderijen in bepaalde lidstaten heeft uitgevoerd, zeer relevant. Het verband tussen pelsdierhouderij en de verspreiding van zoönotische ziekten mag niet over het hoofd worden gezien, vooral niet in de context van het voorkomen van toekomstige pandemieën. Gezien de niet-essentiële aard van bontproducten en in lijn met de One Health-benadering — essentieel voor het anticiperen, voorkomen, detecteren en beheersen van ziekten die tussen dieren en mensen worden overgedragen — is het onwaarschijnlijk dat er evenredige rechtvaardigingen kunnen worden gevonden om deze industrie in de EU te blijven legitimeren.
Bethania Malmberg, programmamedewerker pelsdieren, Eurogroep voor dieren
Met meer dan 300 boerderijen die 3,4 miljoen dieren houden, is Polen momenteel de grootste bontproducent in de EU. Eerder dit jaar werd door een Pools parlementslid een wetsvoorstel ingediend voor een nationaal verbod, maar dit moet nog in het parlement worden besproken.