Bewijs blijkt dat benaderingen van dierenwelzijn sterk variëren over de EU

Op dit moment hangt de kwaliteit van het leven van een dier in de EU grotendeels af van in welk land ze leven. Waarom? Omdat de 27 lidstaten van de EU op hun eigen manier dierenwelzijnsproblemen benaderen. Met alleen vage en verouderde EU -wetten voor dierenwelzijn om hen te begeleiden, wordt elk land achtergelaten om de regels te interpreteren of te bepalen zoals ze nodig achten, wat leidt tot een zeer gefragmenteerd landschap waar maar weinig dieren voldoende zorg krijgen.

Enkele van de belangrijkste bevindingen uit de studie zijn als volgt:

  • Alleen 6 De lidstaten nemen expliciet dierenwelzijn op in hun grondwetten;
  • 5 De lidstaten staan ​​het nog steeds toe Force-voeding voor de productie van foie gras;
  • 16 Lidstaten geen wetgeving hebben om te beschermen gekweekte vis;
  • 25 lidstaten zijn actief in strijd met een richtlijn die de Minimale normen voor varkens bewaard voor landbouw (meestal door nog steeds biggen te onderwerpen aan pijnlijke verminkingen zoals staartpleinering);
  • Terwijl 16 lidstaten heb een volledig verbod op bontlanding of geen operationele bontboerderijen, 11 moeten nog steeds actie ondernemen, beantwoorden aan de oproepen van de EU -burgers die hebben gestemd voor een verbod op de industrie in de Pelsvrij Europa ECI.

Een van de belangrijkste conclusies van de studie De dringende behoefte aan een EU-breed verbod op de kooi-landbouw. In heel Europa, het percentage van boerderijdieren gehouden achter de tralies varieert sterk, met 99% bewaard in kooien in Malta, 87% in Spanje, 81% in Portugal en aan de andere kant van de schaal, slechts 3% in Oostenrijk en 2% in Luxemburg. Zelfs in de best presterende landen die veel minder kooien gebruiken, kan geen enkele lidstaat beweren volledig kooivrij te zijn. Totdat de EU zich houdt aan de wensen van de 1,4 miljoen EU -burgers die de Beëindig de kooi -leeftijd ECI en wetgeving op een EU-brede kooiverbod, zullen talloze dieren in opsluiting blijven leven.

Geharmoniseerde wetgeving

Hoewel sommige landen voorop lopen als het gaat om prioriteiten van dierenwelzijn, blijven anderen achter.

Modernisering van de EU-wetten voor dierenwelzijn, in rekening worden gebracht in alles, van kooi-landbouw en levend diertransport tot soortspecifieke welzijnsbehoeften, zou ervoor zorgen dat het leven van miljoenen bewuste wezens even beschermd is, ongeacht waar ze zijn gebaseerd.

Harmoniseerde normen zouden boeren en andere operators ook ondersteunen bij het bereiken van een beter welzijn voor dieren in hun contexten. Op dit moment bepalen meer dan 430 wetten, voorschriften en constitutionele bepalingen de bescherming van dieren in heel Europa, en de mate waarin deze individuele lidstaten beïnvloeden, verschilt sterk. In sommige landen regeren slechts een handvol wetgevende handelingen alle kwesties van dierenwelzijn, terwijl in andere meer dan 140 stukken wetgeving zijn om te verwijzen. Dit heeft een zeer ongelijk speelveld gecreëerd dat alleen EU-brede dierenwelzijnswetten in evenwicht kunnen zijn.

Het lappendeken van dierenwelzijnswetten in de EU is niet alleen een bureaucratisch probleem – het heeft echte gevolgen voor miljoenen bewuste wezens. Hoewel sommige landen met sterke bescherming leiden, blijven anderen ver achter, waardoor dieren worden blootgesteld aan verouderde en onvoldoende normen. De EU moet de wetgeving van dierenwelzijn zonder verdere vertraging herzien, zodat het welzijn van geen enkel dier wordt bepaald door hun geografische locatie.

Marta Klimczak, Project Officer van Farm Animals, Eurogroep voor dieren

Sinds de EU is 20 jaar verstreken sinds de EU de wetgeving inzake dierenwelzijn heeft bijgewerkt, en ten minste veertig wetenschappelijke meningen van de European Food Safety Authority zijn in die tijd gepubliceerd. Het is van cruciaal belang dat de verouderde wetten van de EU zo snel mogelijk worden gemoderniseerd en verbeterd, zodat alle lidstaten dezelfde hoog welzijnsnormen bereiken voor de bewaarde dieren in hun systemen, en Geen soort achterlaten.